Nederlands
Startpagina

PTA Nederlandse taal en literatuur HAVO

T1 Eindcijfer Nederlands klas 4
Het betreft hier het onafgeronde eindcijfer.
WEGING 10%
Niet herkansbaar
T2 Spelling en Stijl extra 1 en 2
Voor dit onderdeel worden de theorie en de bijbehorende oefeningen uit
‘Kiliaan’ Informatieboek, hoofdstuk G “Stijl”en ‘Kiliaan’, Verwerkingsboek, “Spelling en Stijl extra 1” en “Spelling en Stijl extra 2”, getoetst.
WEGING 15%
Herkansbaar
T3 Tekstverklaring
WEGING 15%
Herkansbaar

De kandidaat kan: - vaststellen tot welke tekstsoort een tekst of tekstgedeelte behoort; - de hoofdgedachte van een tekst(gedeelte) aangeven; - relaties tussen delen van een tekst aangeven; - conclusies trekken met betrekking tot intenties, opvattingen en gevoelens van de auteur; - standpunten en soorten argumenten herkennen en onderscheiden; - argumentatie-schema’s herkennen. De kandidaat kan een betogende tekst of betogend tekstgedeelte op aanvaardbaarheid beoordelen en in deze tekst drogredeneringen herkennen.
T4 Schrijfvaardigheid “Het betoog”
WEGING 25%
Herkansbaar

Voor dit onderdeel stelt de kandidaat een schrijfdossier samen. In dit dossier verzamelt de kandidaat zeven getypte betogen met bronnen vermelding en relevante aanvullende opdrachten. In leerjaar vier schrijft de kandidaat drie betogen, in leerjaar vijf vier betogen. Dit dossier wordt uiterlijk 3 weken voor het schoolexamen ingeleverd. Indien niet tijdig ingeleverd wordt de kandidaat uitgesloten van het schoolexamen Schrijfvaardigheid en beoordeeld met het cijfer 1.

De kandidaat kan ten behoefte van een gedocumenteerde uiteenzetting, beschouwing en betoog; - relevante informatie verzamelen en verwerken; - deze informatie adequaat presenteren met het oog op doel, publiek, tekstsoort en conventies voor geschreven taal; - concepten van de tekst reviseren op basis van geleverd commentaar. Argumentatieve vaardigheden: argumentatie wordt verdisconteerd.
T5 Spreekvaardigheid “Het debat”
WEGING 10%
Niet herkansbaar

De kandidaat kan ten behoeve van het debat relevante informatie verzamelen en verwerken; - deze informatie adequaat presenteren met het oog op doel, publiek en gespreksvorm - adequaat reageren op bijdragen van luisteraars of gespreksdeelnemers. Argumentatie wordt verdisconteerd.
T6 Letterkunde
WEGING 25%
Niet herkansbaar

Voor het mondelinge examen Letterkunde stelt de kandidaat een literatuurlijst samen waarop minimaal acht literaire, oorspronkelijk Nederlandstalige werken, een dichtbundel, en een verfilming van een literair werk voorkomen. Deze verfilming wordt klassikaal bekeken en besproken. Ook bestudeert de kandidaat de moderne Europese literatuurgeschiedenis vanaf 1945 (aantekeningen). Toetsen voor het onderdeel Letterkunde afgenomen in leerjaar 4 dienen voldoende te zijn afgesloten. De definitieve en door de docent goedgekeurde literatuurlijst dient uiterlijk drie weken voor het mondelinge examen te zijn ingeleverd. Bij het niet tijdig inleveren van de lijst, vindt er geen mondeling examen plaats. De kandidaat wordt in dat geval beoordeeld met het cijfer 1.

De kandidaat kan beargumenteerd verslag uitbrengen van zijn leeservaringen met een aantal door hem geselecteerde literaire werken.
*Minimumaantal 8
*De werken zijn oorspronkelijk geschreven in de Nederlandse taal. De kandidaat kan literaire tekstsoorten herkennen en onderscheiden, en literaire begrippen hanteren in de interpretatie van literaire teksten. De kandidaat kan een overzicht geven van de hoofdlijnen van de literatuurgeschiedenis vanaf 1918, en de gelezen literaire werken plaatsen in dit historisch perspectief.

Zoeken in deze blog