Bij De tweeling
1 De titel zou je op twee manieren kunnen verklaren. Leg dit uit.
2 Lees onderstaand fragment en geef aan van welk soort verteller hier sprake is?
‘Het is niet waar!’ Haar gebrul vulde oneerbiedig de gewijde ruimte, het kaatste over de marmeren vloer, steeg op om het vreedzame tafereel op het plafond te verstoren. Met wijd open ogen staarde ze Lotte aan. Vol ontzetting? Vol vreugde? Was ze waanzinnig geworden? Ze spreidde haar armen, kwam recht op Lotte af en omhelsde haar. ‘Lottchen,’ kreunde ze, ‘begrijp je het dan niet? Begrijp je het niet?’ Lotte, fijngedrukt tussen de pilaar en het lichaam van de Duitse, werd door een duizeling bevangen. Ze voelde een hevig verlangen aan deze ongeruimde intimiteit te ontsnappen, in damp op te gaan, te vervluchtigen. Maar ze zat knel tussen haar oorsprong en haar selectieve geheugen, die al lang geleden een vijandig bondgenootschap waren aangegaan. ‘Du … meine Liebe,’ zei de vrouw in haar oor, ‘ik ben het toch, Anna!’
3 Op welk moment in de film wordt dit fragment aangehaald? In het begin, in het midden of aan het einde van de film?
4 Waar bevinden Anna en Lotte zich op dat moment?
5 Waarom speelt de dood in het verhaal een belangrijke rol? Noem een paar gebeurtenissen.
6 Wat kan deze film betekenen voor de hardnekkige anti-Duitse gevoelens die er in ons land nog steeds heersen?
7 Hoe is de relatie tussen beide zussen?
8 Wat is de reden van het feit dat Lotte niets van Anne wilt weten?
9 Kent het verhaal een bevredigend slot?
10 Maak van het verhaal een pakkende samenvatting.
Foto rechts: Tessa de Loo (1946; pseudoniem van de Nederlandse schrijfster Johanna Martina [Tineke] Duyvené de Wit.) Schrijfster van De tweeling.
Van de koele meren des doods
De kleine blonde dood
Max Havelaar